Onthulling Roel de Langebank 23 april 2022

Ruim dertig belangstellenden waren aanwezig bij de onthulling van de Roel de Langebank. De dochters Gea en Jannie de Lange hebben graag meegewerkt aan de onthulling. Ze zijn Noordbarge enorm erkentelijk voor dit prachtig initiatief. Henk Jeurink hield een toespraak en Jan de Vin zong een zelfgeschreven lied.

Hier de tekst van de toespraak gehouden door Henk Jeurink:

Het grote gezin van Harm en Geessien
Op 2 mei 1911 werd in het gemeentehuis van Emmen het huwelijk voltrokken tussen Harm de Lange en Geesje van Wijhe. Geesje kwam uit Nieuw-Amsterdam en ze was toen dienstmeisje in Emmen. Ze gingen in Oranjedorp bij de sluis van Zuidbarge wonen. Harm was arbeider en later ging hij zich toeleggen op de handel in galanterieën. In Oranjedorp werd hun oudste zoon Roelof geboren. Na hem kwamen er nog 7 meisjes en 10 jongens. Met vader en moeder er bij waren ze met hun twintigen. In 1928 kwam het gezin van Harm en Geesje aan de Oude Zuidbargerstraat 2 te wonen. Voor die tijd woonden ze op Oranjedorp, aan Westenesschersteeg en op het Slagenveld aan het Oranjekanaal in Zuidbarge.

Geessien, zoals Harm zijn vrouw altijd noemde, was verantwoordelijk voor hun winkel in galanterieën aan de Zuidbargerstraat. Het was er altijd gemoedelijk. De meeste klanten kwamen door de keuken binnen. Harm liep met ‘negosie’ bij de weg. Ze hadden een groot gezin. De jongste kinderen werden zelfs in de kantlijn van het trouwboekje bijgeschreven. Ze hadden wat men in Noordbarge zei een bezwaorlijke hoesholding. Maar daar hield iedereen rekening mee. Als Harm aan de deur kwam, dan werd er meestal iets gekocht, nodig of niet nodig. Zo’n groot gezin moest worden geholpen. Harm de Lange was een groot voetballiefhebber. Hij sloeg geen wedstrijd van Emmen 1 over. Velocitas uit Groningen noemde hij in zijn enthousiasme altijd ‘Helocitas’ Elke dag hadden ze ook veel vrienden over de vloer. Maar dat was geen bezwaar, waar meer dan 15 mensen waren, konden ook wel meer zielen terecht. In de herinnering van veel Noordbargers werd het huis van Harm en Geessien als het huis van de zoete inval bekend. In 1965 zijn Harm en Geessien binnen twee maanden uit de tijd gekomen. Ze liggen in één familiegraf op de Wolfsbergen. Geen wonder dat hun kinderen dit echtpaar erg dankbaar zijn. Het heeft hen in immateriële zin nooit aan iets ontbroken. 

Politieagent en verzetsman Roel de Lange
Roelof werd beroepsmilitair bij het Garderegiment der Grenadiers in Den Haag en bij de Koninklijke Marechaussee in Apeldoorn. Aan het begin van de oorlog trouwde Roelof met zijn buurmeisje Geertien Scholten. Geertien was een dochter van Jans Scholten en Geesje Staal. Geertien werd geboren en getogen aan de Huizingsbrinkweg 68. Tijdens de bezetting werd Roelof de Lange rijksveldwachter. Zijn standplaatsen waren Dokkum; Noordbergum; Grouw en Winsum. Hij werd –met de bevrijding in zicht- op 16 februari 1945 door de SD in zijn woonplaats Winsum gearresteerd. De Duitsers dachten dat hij lid was van een knokploeg. Maar ook dat hij hulp aan onderduikers had gegeven en mededelingen had gedaan aan de geallieerden. Via het beruchte Scholtenshuis aan de Grote Markt in Groningen werd Roelof gevangen gezet en overgebracht naar het concentratiekamp Neuengamme bij Hamburg. Van hieruit werd hij op 15 maart 1945 met andere gevangenen naar Lübeck vervoerd. En dat in een tied dat Noordbarge nog 26 dagen van zien bevrijding of was.

In Lübeck werden ze door de SS aan boord van vier schepen gebracht. Tijdens een bombardement door de RAF in de bocht van Lübeck werden drie schepen getroffen. Roelof overleefde dit bombardement ternauwernood. Na terugkeer was Roelof lange tijd tbc-patiënt. Deze ziekte kluisterde hem lang aan bed en in deze tijd begon hij te schrijven Roelof kwam na zijn ziekte bij de Rijkspolitie. Zijn eerste standplaats was Zuidlaren. Later ging hij met zijn gezin naar Diever. In 1959 overleed hij in het ziekenhuis van Meppel aan de gevolgen van een verkeersongeluk. Hun dochters heten Geesje Gerda (Gea geboren in 1944 Winsum) en Jantje Dina (Jannie geboren 1948 Zuidlaren). 

Drentse schriever Roel de Lange
In 1951 beud hij de Provinciaal Drentsche en Asser Courant zien verhaal Strijd in de Kerstnacht an. In 1956 wuur zien novelle Weerum hèn ’t darp bekreund met een pries van het Grunningse tiedschrift ’t Swieniegeltje. In 1958 verscheen zien jeugdboek Met de trekvogeltjes op reis. (Uitgeverij Kluitman Alkmaar) Grote bekendheid kregen de Verhalen over ’t Zudenveld en heur bewoners” die in 1957 en 1958 in de Emmer Courant plaotst wuuren. Ok in ’t Drents Landbouwblad wuur in 1958 een keuze oet dizze verhalen opnummen. Veur de RONO had Roel de Lange een wekelijks schetsie, getiteld De belevenissen van een Drentse dorpsveldwachter. Hierin bracht hij met zien goede radiostem de dorpsveldwachter Schultink tot leven. Een keuze oet dizze schetsies wuuren in 1959 in de Emmer Courant publiceerd. Vanof 1956 was hij ok een belangrieke mètwarker van Oeze Volk. In Diever en wiede umtrek huul hij veul veurdrachten die gloepens bij ’t volk in de smaak vuulen. Samen met Nell Meyboom-Veltman en Abe Brouwer schreven zij de revue Liever naar Diever, waor met de VVV Diever in 1959 het 25 jaorig jubileum vierde. Van het Nedersaksisch Instituut kreeg Roel het verzuuk ’n Drentse roman te schrieven. Dit wark Strubben Jans hef hij niet of kregen. Zien Drentstalig wark verscheen in bloemlezingen as Drenthe’s erfgoed (1978) en Maandewark (1994 Het Drentse Boek). Verder hef ’t Aol’ Volk ok veul wark besteed an de herduk van Roel zien wark in de jaoren zeventig en tachtig van de veurige eeuw. Ab Groote was daor te hoop met Roel zien vrouw Geertien de grote driefveer achter.

De taol van Roel de Lange
Stukkie tekst oet zien novelle Weerum naor ’t darp. Willem en Rikoa hadden al ’n jong. Toen wuur Wilm oppakt en naor een concentraotiekaamp ofvoerd: citaat:
Wilm Renting en Rikoa stunnen in de oamd in de deur van ’t smederij en keken naor de Poolse soldoaten die ’n kamp opslugen op ’t achterbrinkien. Twiej wichterties stunnen er bij te kieken. ’n Grote soldoat met ’n zwart snörrechien gaf se ’n stukkien sukeloa. Rikoa keek er vertederd naor. Wilm keek wied over ’t soldoatenkamp hèn en zag hiel in de varte het kamp, dat nog niet vrij was en doar de lèste jongs met de dood streen. Toen keek e op zied naar Rikoa en zag dat ze dreumerig veur zuk oetzag. ‘Waor denkst an, mien wicht?’ vruug Wilm. Eêm wachtte Rikoa. Toen zee ’t: Ik wil hèn ooievaar schrieven en vroagen wat ’n wichie kost.’

In Noordbarge zegt wij darp. Dankzij Roel de Lange bint we tot op de dag van vandaag in staot om oeze onvervalste Noordbarger streektaal te schrieven en te praoten. Als ik deze taal lees – in de tijd van Roel – heette dat nog dialect, dan brengt me dat terug bij de taal van mien pap. Roel en Henk Jeurink waren dikke kameraoden. In dat rijtje heurt ok Geert Staol, de broodventer van de Coöperatie. Met zien drieën spraken ze aaltied Noordbargers en Roel hef dat wieder bracht in al zien wark. Daorveur verdient hij dizze zitbank dan ok dubbel en dwars.

In 1959 is Roel de Lange onder zeer grote belangstelling op de Wolfsbergen in Emmen begraven. Zijn broer Gerrit Jan Lucas (Gij) heeft toen in overleg met zijn moeder zijn jongste zoon de naam Roelof gegeven.

Hier de tekst van het lied dat Jan de Vin ten gehore bracht:

voorbij maar niet vergeten

voorbij, maar niet vergeten
het brinkie, de plek waar het begon
je liefste kwam jij daar toen tegen
samen op een bankie in de zon
het dorp, voorgoed verlaten
de wereld in die anders blijkt te zijn
jij toonde moed en kracht
voorbij maar niet vergeten
ons hart is daarvoor niet te klein
jij toonde moed en kracht
voorbij maar niet vergeten
ons hart is daarvoor niet te klein


voorbij, maar niet vergeten
jouw naam gegrift in het Noordbarger hart
onze jeugd die moet het weten
geen oorlog en geweld meer blank of zwart
strijdbaar in je jonge jaren
niet gezwicht voor macht en bruut geweld
laat het een voorbeeld zijn
voorbij maar niet vergeten
het verhaal moet worden door verteld
laat het een voorbeeld zijn
voorbij maar niet vergeten
het verhaal moet worden door verteld

herinneringen die staan opgeschreven
verhalen uit het zuidenveld
weerum hen t’ darp verhalen uit het leven
op de radio door jou zo mooi verteld
opeens was daar die grote stilte
ongrijpbaar en zo onverwacht
jouw naam wordt hier herdacht
voorbij maar niet vergeten
je hebt ons dorp Noodbarge veel gebracht

jouw naam wordt hier herdacht
voorbij maar niet vergeten
je hebt ons dorp Noordbarge veel gebracht