Noordbarge 1918 – en toen ging er een lichtje branden

Van onze speciale verslaggever Jan P. de Vin

Rond 1900 gingen Lammechien en Dina, de dochters van Gerrit Potgieter uit Noordbarge dagelijks rond om de olielantarens aan te steken en te doven. Eens per 4 weken moesten de glazen worden schoongemaakt en zonodig de katoenen kousjes worden vervangen. Het loon was karig, enkele tientjes per jaar.
Er was een lantaarncommissie waar men zich kon inschrijven, diegene met het laagste bedrag werd meestal benoemd. De commissie liep langs de deur met een intekenlijst, ook hield men wel eens een collecte om de lampaansteker te kunnen bekostigen.
De olielampen waren uitgevonden door de bekende Jan van der Heijden die ook de slangenbrandspuit had uitgevonden. De lampen brandden op een mengsel van 2/3 raapolie en 1/3 lijnolie; ook petroleum werd wel gebruikt.
Ze stonden veelal op een vierkante houten paal. Ook hingen ze aan haken die aan bomen waren bevestigd. Op de hoek Binnenweg – Huizingsbrinkweg is nog een exemplaar te zien, hij hangt wat scheef omdat er in de oorlog een Poolse tank tegenaan is gereden.

De tijd stond niet stil en er waren in de in het begin van 1900 tal van ontwikkelingen te bespeuren op het gebied van verlichting. Ook Emmen en Noordbarge gingen mee in de vaart der volkeren.

Op 24 juni 1912 kwamen in Café Wielens te Noordsleen een aantal mensen bijeen om te komen tot de oprichting van de ‘Coöperatieve Vereeniging Electrische Centrale voor Emmen en omgeving’ uitgeschreven door een voorlopig bestuur. De dorpen haak aan boom Emmen, Noordbarge, Westenesch, Zuidbarge en Weerdinge zouden deel gaan uitmaken van de coöperatie. Men nam een deskundige bij de hand om de technische mogelijkheden te laten onderzoeken. Ook werd overleg gepleegd met de zuivelfabriek te Noordbarge om tot samenwerking te komen op technisch gebied. Het voorlopige bestuur was als volgt verdeeld 7 Emmen, 2 Westenesch, 2 Noordbarge. De Provinciale Staten werden op de hoogte gebracht maar deze kwamen al snel met de Mededeling: financieel te riskant en de zaak eerst beter laten beoordelen door deskundigen. Inmiddels hadden Weerdinge en Zuidbarge laten weten zich terug te trekken vanwege te hoge lasten voor de bewoners.

Lantaarnpaal 1912 met olielamp

De gemeente Emmen sloot zich later aan bij de NV Maatschappij tot aanleg en Exploitatie van laagspanningsnetten de PEB (Provinciaal Elektriciteit Bedrijf). Het transformatorhuisje aan de Noordbargerstraat is door deze maatschappij gebouwd.

De allereerste schets van een olielamp gemaakt  door Jan Van der Heijden te Amsterdam

Op 24 juli 1918 kwamen ten huize van notaris Henrik Johannes Oosting te Emmen een aantal vooraanstaande Noordbargers bijeen. Zij waren gekomen voor het opmaken van de akte om te komen tot de oprichting van de Coöperatieve Vereeniging Electrische Centrale Noordbarge. De delegatie bestond uit de volgende heren:

Geert Lambers houthandelaar / Teunis Koopman hoofd der openbare school / Albert Huizing landbouwer / Berend Garming landbouwer / Roelof Evenhuis landbouwer / Hendrik Huizing
Azoon, bestuurder, landbouwer / Johannes Haasken bestuurder landbouwer / Lambertus Nijhoff landbouwer / Hendrik Sikken landbouwer / Dirk van Raalte hoofd bijzondere school, allen wonende te Noordbarge.

Doel van de stichting is zorg te dragen voor verlichting binnen en buitenhuis door middel van elektriciteit en het leveren van elektrische stroom voor krachtwerktuigen. Om een en ander te bereiken zullen door de vereniging machines worden aangeschaft alsmede leidingen en paalwerk voor zover nodig. Het benodigde kapitaal zal worden geleend. De leden van het bestuur zullen hoofdelijk aansprakelijk worden gesteld voor de financiën.
Wie als lid van de vereniging wil toetreden moet schriftelijk een verzoek indienen bij het bestuur. Het bestuur beslist op dit verzoek en stelt het bedrag van entreegeld en de verdere voorwaarden van intreding vast.
Het bouwen van het gehele netwerk kost ƒ 50.000,-. Er is overeenstemming bereikt met de zuivelfabriek te Noordbarge voor de aanleg van de stoomcentrale. De totale kosten zijn ƒ 10.000,-. Er is gerekend op 230 aansluitingen zodat iedere aansluiting komt op ƒ 67,-. De voorzitter sprak zijn zorgen uit over het aantal aansluitingen. Als dat niet hoger werd dreigde de gehele zaak te mislukken. In de zuivelfabriek wordt een stoomturbine geplaatst met bijbehorende generator / dynamo voor het opwekken van de stroom.

Jaarlijks werd door het bestuur en toezichthouders het bedrag voor verbruik vastgesteld dat vooraf diende te worden betaald. Voor krachtstroomgebruikers werd een meter geïnstalleerd en er werd afgerekend naar verbruik. Dat de zuivelfabriek de elektriciteit opwekte had grote voordelen.
Als er bij café Karsten een feest werd gehouden dat langer duurde dan twaalf uur ‘s avonds dan was de machinist best bereid om voor een liter sterke drank de installatie door te laten draaien.

Oude Zuidbargerstraat met olielantaarn en huisje van de gemeente veldwachter

De wereld veranderde op slag met de uitvinding van de gloeilamp. Binnen de kortste keren stonden er tal van lantaarnpalen in Noordbarge. Ook werden later lampen gemonteerd op telefoonpalen.
Algemeen wordt aangenomen dat Thomas Edison de uitvinder was van de gloeilamp maar dit is ten dele waar. Hij kocht de patenten op van andere ontwikkelaars en ging aan het verbeteren om een nog betere gloeilamp in productie te kunnen nemen. Philips Nederland speelde een bijzonder grote rol in de gloeilampenindustrie, dit had mede tot gevolg dat men veel personeel nodig had. Honderden Drenten zijn dan ook naar Eindhoven vertrokken. Het liefst had men een gezin met veel dochters, hun fijne handen waren uiterst geschikt voor het fijne werk.
Met het plaatsen van de lantaarnpalen nam ook de baldadigheid toe onder de jeugd. Menigmaal werden er lampen met een katapult kapotgeschoten. De jeugd stond je erbij te kijken hoe zo’n lamp werd vervangen. Een medewerker kwam langs en klom door middel van schoenen met haken, als een aap zo snel naar boven om het geheel te herstellen.

Klimschoenen
Philips reclame 1920

In 1923 nam de gemeenteraad van Emmen een voorstel aan om zich aan te sluiten bij het Provinciaal Groninger Elektrisch Net de latere EGD (Energiebedrijf voor Groningen en Drenthe).
Men was het boekje te buiten gegaan want men nam Noordbarge ook mee in deze beslissing wat op dat moment geenszins de bedoeling was. Er moest een extra vergadering van de Coöperatie Noordbarge worden belegd om uit deze impasse te komen. Uiteindelijk kwam deze grote fusie tot stand. Als we heden ten dage het licht in ons dorp zien branden, laten we dan met respect voor hun werkzaamheden denken aan deze Noordbarger bestuurders.

Noordbarge in het licht gefotografeerd door Henk Zwols 

Gedicht Jan Luiken ( 1649 – 1712 )

van lijn- of koolzaad geslagen
komt olie voort, tot elks behagen
dat voedsel aan den lamp verstrekt
die, in het duister, ’t licht ontdekt

Bronnen: het Vaderland- Maasbode- HZO-HCN-Delpher-PDAC