De voorzitter roert zijn pen; om niet te vergeten (10)

HET IJSVOGELTJE EN HET ORANJEKANAAL

De voorzitter van Plaatselijk Belang Zuidbarge belt mij en vraagt om hulp. Dat is voor mij interessant. “Jan, wat is het probleem?” “In Zuidbarge stinkt het Oranjekanaal en wij vinden dat de gemeente daar wat aan moet doen, namelijk baggeren. Maar ons overleg met de gemeente loopt helemaal spaak, wil jij ons helpen want het Oranjekanaal loopt ook door Noordbarge.” Een afspraak is snel gemaakt.

Bij het overleg zijn aanwezig naast de EOP’s van Noord- en Zuidbarge, Bargeres en Westenesch, ook vertegenwoordigers van de gemeente Emmen, meerdere afdelingen, de provincie Drenthe en het Waterschap. Als snel wordt duidelijk dat iedereen wel iets heeft met en van het Oranjekanaal, want het water is van het Waterschap, de grond is het ene stuk van de gemeente en een ander stuk is van de provincie en van wie is nu eigenlijk de bodem van het kanaal en wie is de eigenaar van de modder in het kanaal? Dan is er nog het voornemen van verschillende partijen om eigendommen te gaan ruilen en wil de gemeente het stuk kanaal door Bargeres helemaal gaan vernieuwen om het veel mooier te maken in het kader van het milieu en de leefomgeving.

Bijna tot overmaat van ramp, alsof het probleem met het stinkende Oranjekanaal nog niet groot genoeg was, wordt naast de vleermuizen ook nog het ijsvogeltje waargenomen langs enkele delen van het Oranjekanaal. De Alcedo atthis, is een waterminnend, schuw vogeltje met een opvallende blauwe kleur. Het ijsvogeltje is gespot en dit grote nieuws haalt de Drentse Courant. Deskundigen zijn verrukt over zijn terugkeer en het Oranjekanaal wordt de nieuwe biotoop voor deze bijzondere vogel. Zie je wel dat het goed gaat met het milieu in Drenthe en het Oranjekanaal.

De volgende bijeenkomst met alle betrokkenen staat ook in het teken van de ontdekking van het ijsvogeltje langs het Oranjekanaal. Een deel van de aanwezigen is zeer verrukt en concludeert dat het goed gaat en het andere deel van de aanwezigen stelt dat het nog steeds stinkt in een aantal jaargetijden en dat soms de bodem van het Oranjekanaal boven de waterspiegel uitkomt. Andere aanwezigen zien hierin de mogelijkheid om speciale broedplaatsen te gaan aanleggen voor het ijsvogeltje. Mijn inbreng was ongeveer als volgt: “Dames en heren, ik ben hier bij gevraagd om iets te doen aan de stank van het Oranjekanaal, beroepsmatig heb ik kennis van en ervaring met bagger die stinkt en wat gaan jullie daar aan doen?”

Het was een gouden greep om de bijeenkomst te beëindigen en voor de volgende keer een deskundige uit te nodigen met verstand van ijsvogeltjes.

De volgende keer waren er wel drie ijsvogeldeskundigen aanwezig en die vertelden het volgende: “Het ijsvogeltje is een heel lui vogeltje en leeft van het vangen van visjes. Het liefste zit het ijsvogeltje rustig op een omgevallen berkenboom over een kanaal waar nog maar weinig water in staat. Want in ondiep water leven geen grote roofvissen meer, maar nog uitsluitend kleine visjes die alleen nog aan de oppervlakte kunnen zwemmen. Vanaf de walkant heeft het ijsvogeltje weinig overzicht, dus een plek op die omgevallen boom boven het water is ideaal, zijn voedsel zwemt zo onder hem door en af en toe pikt de vogel zijn prooi en zit zelf veilig.” Een beter bewijs van een vervuilde omgeving is door de aanwezigheid van het ijsvogeltje niet te leveren. Waar je het ijsvogeltje spot is het milieu verwaarloosd en is er groot achterstallig onderhoud.

Zo, die zit, dacht ik. Gemeente, provincie en waterschap u heeft uw taken verzaakt gedurende vele jaren, nu stinkt het en dat wordt steeds erger, u moet gaan baggeren.


De volgende dag kwam de krant met een grote kop: Baggeren, baggeren, baggeren. Het artikel ging over het verwaarloosde Oranjekanaal en de noodzaak tot baggeren.

Het heeft nog enkele jaren geduurd maar toen is gebaggerd en was de stank weg. Het ijsvogeltje is er nog steeds en komt ook voor in onze tuin bij de vijver. Misschien moet ik de vijver wel eens gaan schoonmaken.

Onno te Nuyl, 15 mei 2021

Foto ijsvogel: Henk van Hoek (Facebook)