Bert Strijks – een Noordbarger hoogvlieger

Van onze speciale verslaggever Jan P. de Vin

Egbert Strijks (Bert) werd in 1934 geboren in het gezin van Evert Strijks en Fenna Henderika Warringa. In 1937 kwamen ze naar Noordbarge. Het gezin woonde op nummer NB 90-3 (tot 1938) later werd dit adres omgezet in Ermerweg 128. Vader was timmerman en het leek er op dat Bert in de voetsporen van vader zou treden en ook timmerman zou worden, hij had wel iets met weerbarstig hout.

De lagereschooljaren verliepen moeizaam. De kinderen mochten, als ze dat wilden, studeren. Een zus van Bert werd maatschappelijk werkster en ging later het onderwijs in. Ze werd in 1948 benoemd als kleuterleidster te Noordbarge. Bert doorliep de middelbare school waar hij zich ontpopte als een echte bolleboos. Hij was een wat bijzondere verschijning in het dorp, Bert was namelijk veganist. Hij was wars van dierlijke materialen en voedsel, liep op vilten schoenen door Noordbarge.

Bert ging na zijn middelbare school studeren en rondde in 1969 zijn studie af op de TH als ingenieur. Hij ging aan de slag op de Technische Universiteit te Eindhoven als universitair docent en promoveerde in 1972 als doctor in de fysische scheikunde.

Bert in de stoel van Rik Felderhof
Bert in de lucht met zijn PH 354

In zijn vrije tijd was Bert een verwoed parachutist, maar zijn leeftijd vorderde en hij vond het verstandiger om hiermee te stoppen. Hij wilde wel wat langer in de lucht blijven en ging zich interesseren voor het zweefvliegen. Hij meldde zich aan bij de Eindhovense Studenten Vliegclub die hun vliegbasis hadden op het voormalige militair terrein in de Peel.

Geraamte Schleicher Rhönlersche

Hij haalde zijn vliegbrevet, maar nu moest er ook een eigen toestel komen. In een loods op het vliegveld trof hij tussen de oude rommel een geraamte aan dat hem aansprak. Hij kocht het oude zweeftoestel voor de prijs van de instrumenten.

Bert was een dynamische jongen van het type ontdekken en het liefst zelf maken. Het wrak was van het type PH 354 Schleicher Rhönlersche 11 waarvan de luchtwaardigheid in 1986 was verlopen. Voor dat Bert er ook maar één schroef in of uit mocht draaien moest eerst het certificaat vliegtuig- mecanicien worden gehaald. Nadat al deze hobbels zonder problemen waren genomen kon hij aan de slag. De vleugels van hout werden met de hand vervaardigd en bekleed met katoen en bewerkt met spanlak zoals ook de romp.

Het type toestel werd een bezienswaardigheid op vele zeefvliegvelden in binnen- en buitenland. Jonge zweefvliegers met kunststof toestellen van € 15.000,- wisten niet wat ze zagen, dat zoiets kon vliegen. Bert trok Europa door met zijn bestelbusje en aanhanger met zeildoek voor het vliegtuig. Hij bezocht buitenlandse vliegclubs en kampeerde in een tweepersoons tentje waarvan de stangen ook met de hand waren vervaardigd want alles moest klein zijn, anders paste het niet in de bagageruimte.
Hij ging het liefst alleen op pad en zocht contact met leden van de vliegclubs. Bert zei hierover het volgende: “Als je vrienden uit Nederland meeneemt dan gaan de gesprekken vaak in het Nederlands en dat geeft mij het gevoel dat ik nog steeds in Nederland ben. Ik meng mij het liefst een beetje op afstand tussen de leden van de betreffende vliegclubs en probeer hun taal te spreken.”

Schleicher Rhönlersche
Het type Schleicher Rhönlersche ging in 1953 in Duitsland voor het eerst de lucht in

Bert noemde zijn toestel Björn (Beer) dit naar aanleiding van het verdwijnen van de Panda Beer.
Deze moesten immers beschermd worden, net als het toestel van Bert. Hij kreeg van een jonge fan in Frankrijk een grote pluchen Panda Beer cadeau die voor altijd een vaste plek achter in het toestel heeft gekregen.
De tweede grote hobby van Bert was klassieke muziek. Hij leerde viool spelen en werd lid van het
studenten symfonieorkest en het Philips symfonieorkest waarvan hij 25 jaar lid is gebleven. En ook hier is het ontdekken en zelf doen, hij bouwde eigenhandig een viool. Een hele klus om daar een beetje aangenaam geluid mee voort te brengen maar wonderwel is het gelukt. Toen hij bij een ongelukje zijn pols had gebroken en geen viool kon spelen zei Bert: “Geen probleem, zet mij maar bij het slagwerk, met één hand kun je nog wel de grote trom slaan.”

Bert met zijn arm in het gips

In 2002 was Bert te gast in het televisieprogramma De Stoel met Rick Felderhof waarin hij uitgebreid vertelde over zijn uit de hand gelopen hobby. In 2005 is Bert plotseling overleden. Hij laat een vrouw en twee kinderen na. Het toestel is door de kinderen geschonken aan de zweefvliegclub Goch. Inmiddels is het toestel teruggekocht door de leden van de Eindhovense studentenzweefvliegclub en is weer op de plek waar het allemaal begon.